“Zoals
ik eerder al vermeldde, zou ik een hoofdstuk aan Autisme besteden”. Als je
dit onderwerp in een breder perspectief plaatst, zal je mogelijk inzien waarom
ik dit onderwerp in het boek opgenomen heb. Om te beginnen zou je vraag kunnen
stellen : “Wat behelst het fenomeen
“Autisme” eigenlijk ? Meer over Autisme in mijn boek “Van Nomade tot Monade”.
In hoeverre kent het Autisme Auto-nomiteit in
zich ? Het is een belevingswereld waarbinnen gevoelens van andere individuen moeilijk
inpasbaar of in te schatten zijn. Is dit het gebrek of de beperkende kracht om gebruik
te kunnen maken van intuïtie ? Dat hangt wellicht af van welk aspect je binnen
intuïtie dit hanteert. Ik kan daarbij intuïtie als spectrum
beschouwen, net zoals de Zorg aangaande de Psychiatrie deze wijze binnen
Autisme toepast. Intuïtie praat over patronen, associërende denkwijzen als ook
anticiperende en inschattende skills. Wellicht dat deze interpretatie van
intuïtie prima verloopt als het binnen de grenzen en belevingen van de autist
zelf liggen. Ten aanzien van de communicatie over en weer met andere individuen
wordt het aspect sympathie en empathie veelal onjuist gehanteerd door de autist
in kwestie, althans dat is de interpretatie van de buitenstaander, “de gemiddelde of normale mens”. Is dit
dan binnen het spectrum Intelligentie te vatten ?
~~~~~~~~~~~~~
Ja, dat denk ik wel. In het hoofdstuk over “Intelligentie” heb ik een aantal
intelligenties beschreven. Intuïtieve Intelligentie valt daar ook onder.
Intuïtie, wat ik in mijn vorige boek “Apprenti”
uitgebreid beschreef, beschouwde Henri Bergson als sympathie, al dan niet
integraal met empathie; “het ontbreken van
of de niet-ten-volle-ontwikkelde skills (consciousness & intelligence) van
het invoelend vermogen ten aanzien van iemands omgeving en behoeften.” Ook
wel de “Relationele Intelligentie” genoemd
door mij. De interactie met je omgeving. De juiste modus van assertiviteit, die
essentieel is voor beide partijen. Later meer over het begrip “Assertiviteit”. Dat Henri Bergson het
woord sympathie zo vaak gebruikte, is mogelijk gelegen in het feit dat hij in
eerste instantie het beroep van neuro-fysioloog uitoefende.
~~~~~~~~~~~~~
Om op dat laatste door te gaan, kent ons ons
lichaam een sympathisch en een parasympathisch zenuwsysteem. Het sympathische
zenuwstelsel reguleert actief de functies van de organen tijdens dagelijkse
bezigheden en onder normale omstandigheden. De werking van de parasympathische
tak is meestal omgekeerd aan die van de sympathische, wanneer een orgaan zowel sympathisch
als parasympathisch geïnnerveerd wordt. Activatie van de sympathische outflow wordt
gestimuleerd door woede, angst, stress enzovoort. Activatie van de parasympathische
outflow is geassocieerd met het bewaren van de energie en het in stand houden
van orgaanfuncties gedurende periodes met minder activiteit, onder andere
gedurende je slaapfase. Het parasympathische systeem is in tegenstelling tot
het sympathische systeem essentieel voor het leven en het onderhoudt tevens ons
“alert system”. Zie hierin het
creërende en het controlerende aspect van 2 elkaar aanvullende en in evenwicht
houdende systemen.
~~~~~~~~~~~~~
Dat is de bio-wetenschappelijke en concrete
versie van het begrip sympathie. Zie ook hier een dualiteit van 2 vermeende
tegengestelde systemen. Zij zorgen voor een energetische balans binnen ons
lichaam, waarbij elk systeem haar eigen taken heeft. Deze versies van systemen zijn
in de abstracte dimensies te brengen, zo introduceerde Bergson de sympathische systemen
als sympathieke systemen binnen het mentale vlak. Deze vertaalslag is alleen te
maken als je hierin het aspect “energie“
als uitgangspunt neemt, zoals ook Wolfgang Pauli’s invalshoek was inzake zijn “Psychofysica” of “Psychoïde”, wat David Bohm later weer heeft doorgetrokken naar zijn
“impliciete orde”
~~~ einde deel 1 ~~~
Geen opmerkingen:
Een reactie posten