maandag 28 januari 2013

Autisme (2)

Autisme bezien vanuit het intuïtieve spectrum

Ten behoeve van mijn onderzoek binnen de aspecten “HoogBegaafdheid en HoogSensitiviteit” had ik gedurende een aantal weken  met verschillende psychiaters binnen een grote zorggroep gesprekken. De psychiaters brachten mij tot de volgende vragen. Het feit dat ik bij een eerste psychiater begon over HoogBegaafdheid en HoogSensitiviteit, deed hem dit vrijwel gelijk associëren met 2 woorden, namelijk “een hoge IQ” gevolgd door en in relatie gebracht met het woord “Autisme”. 

Volgens mij heette dat vroeger in de volksmond gewoon bedachtzaam en/of introvert zijn of met een nog gangbaarder woord gewoon “verlegen” of “flegmatisme” (1 van de 4 humoren - Hippocrates en Galenus). Verlegen is in mijn optiek een positieve en mooie eigenschap, het woord “Autisme” brengt dat vaak en door velen in een andere belevingscontext, namelijk die van de stoornissen en onhandelbaarheid in omgang. In dat licht kan ik zeggen dat als het leven 1 groot spel van events en dynamiek is, hoe kan de maatschappij dan praten over stoornissen ? Daar waar het woord “Gedrag” net als het woord “Stoornis” een statische toestand impliceert, is het vele malen juister om te praten over respectievelijk “gedragingen” en “storen of gestoord worden”. Om bij de laatste woorden te blijven : “Wie stoort wie of wie voelt zich gestoord worden door een ander ?” In hoeverre is dit laatste deel van de vraag legitiem en aan wie is het daarop het antwoord te mogen geven ?
~~~~~~~~~~~~~
Op basis van het bovenstaande staan mijn gevoelens aangaande Autisme in een geheel ander licht dan de psychiaters en psychologen namens de bedoelde zorgverzekeraar. Want dit lezende zouden enkele mensen die ik goed ken, autistisch zijn, gebaseerd op onder andere het tweede aspect uit de eerste driedeling hierboven beschreven (zie mijn boek hiervoor). Om nu te kijken wat dat voor mij zou kunnen betekenen, heb ik enkele testen op het internet geraadpleegd. Met de gedachten aan de uitingen van deze organisatie ben ik de test gaan invullen naar mijn eigen beleving en met de kanttekening dat ik voor mij zelf vrijwel alleen of zo veel mogelijk uitersten qua antwoorden zou invullen. Wat schetste mijn verbazing ? Met veel moeite kwam ik nèt uit op 19 punten van 50 op basis van 54 vragen. Ik had volgens de test daarmee lichte autistische trekjes. Uiteraard ging ik verder op onderzoek uit. Op basis van de vragen ging ik na welke vragen ik als “gewoon mens” had ingevuld en welke antwoorden aan een “echte autist” toe te schrijven zouden kunnen worden. Door heel goed mijn best te doen om toch autistisch te mogen zijn, kwam ik dit keer uit op een score van 28. Ik scoorde daarmee boven het gemiddelde en “had daarmee autistische trekjes”.
~~~~~~~~~~~~~
Ik begreep er werkelijk niets van. Wat is er aan de hand ten aanzien van de geestelijke gezondheidszorg ? Waar ligt de waarde van het handboek “DSM IV” of inmiddels versie V ? Geeft verdere differentiatie binnen het spectrum van Autisme nog meer handvatten aan de zorginstellingen om mensen nog scherper en nauwkeuriger binnen hokjes te plaatsen en over elk gedrag dat buiten de norm ligt te “moeten” oordelen ? Immers DSM staat voor “Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders”, waarin de normen worden gehanteerd ten opzichte van de gemiddelde mens. Door deze steeds verdere differentiatie is uiteindelijk dus iedereen te diagnosticeren ten opzichte van de gemiddelde mens, los van het feit dat “de gemiddelde mens” niet bestaat. Het meest bezwaarlijke is dat door deze steeds verdere uitwaaiering er opeens steeds meer mensen een psychische stoornis zouden hebben. Je weet mogelijk wat Henri Bergson over analyseren zei, zoals ik beschreef in mijn boek “Apprenti” :

Deze wijze van analytische wetenschap versnippert de wereld in fragmenten, die we desgewenst kunnen manipuleren; middels ons eigen gekozen perspectief met als doel er vervolgens onze eigen waarheid te kunnen verkondigen.”

~~~ einde deel 2 ~~~

Geen opmerkingen:

Een reactie posten