dinsdag 22 januari 2013

Kat van Schrödinger

Realiteit of illusie in patronen van werkzaamheden

De kwantummechanica is sinds haar publicatie als model zeer snel zeer populair geworden, ook buiten het directe vakgebied waarin dit model ontwikkeld is. In de natuurkundige filosofie heeft zich snel een aantal stromingen ontwikkeld aangaande de precieze implicaties van de kwantummechanica voor ons begrip van het universum. Daaronder zijn stromingen waarin gevonden wordt dat het bestaan van een deeltje zelfs niet echt zeker is totdat het geobserveerd wordt. Dit en meer staat in mijn boek “Van Bovenkamer naar onderbuik”.

Tegen dit laatste beeld kwam Erwin Schrödinger zelf in hevig verzet. In een (niet erg goed gelukte) poging om de onzinnigheid van dit idee aan te tonen, stelde hij het volgende gedachte-experiment voor.

Een kat wordt in een stalen ruimte opgesloten, samen met de volgende helse machine (die men afschermen moet tegen direct ingrijpen van de kat): in een buisje zit een minuscuul klein beetje van een radioactief element, zo weinig, dat gedurende een uur mogelijk een van de atomen vervalt, maar even waarschijnlijk ook niet. Vervalt een atoom, dan detecteert een geigerteller dat en laat via een relais een hamertje vallen, dat een flesje met blauwzuur stuk slaat. Als men dit systeem een uur lang aan zichzelf heeft overgelaten, dan zal men zeggen dat de kat nog leeft als intussen geen atoom vervallen is. Het eerste atoom dat vervalt zou de kat vergiftigd hebben. De toestandsfunctie van het hele systeem zou dat zo uitdrukken, dat daarin de levende en de dode kat gelijktijdig gemengd voorkomen. Het kenmerkende aan zulke gevallen is, dat een oorspronkelijk tot atomair bereik beperkte onbepaaldheid zich vertaalt in grofzintuiglijke onbepaaldheid, waarover dan door directe waarneming beslist kan worden. Waarom de (bedrijfs-)deelprocessen als golfmodel ? Op basis van “ad hoc”-metingen met als voorbeeld de kwantummechanica is nooit na te gaan of metingen dat oplevert wat realiteit is. Er zijn in deze kwestie drie belangrijke standpunten te onderscheiden.

·         Het "realistische" standpunt: het deeltje was voor de meting ook al op plaats A. Dit klinkt op het eerste gezicht erg logisch, maar het zou betekenen dat de kwantummechanica een incomplete theorie was: het deeltje zou op plaats A zijn geweest terwijl de theorie dat niet exact kon voorspellen.
·         Het "orthodoxe" standpunt: het deeltje was nergens en de meting dwong hem als het ware een beslissing te nemen. Dit standpunt is ook wel bekend als de Kopenhagen interpretatie.
·         Het "agnostische" standpunt: dat is niet te zeggen. Een meting vertelt u immers slechts waar het deeltje zich op het moment van meten bevindt, maar kan nooit iets zeggen over waar het deeltje zich ervoor bevond.
~~~~~~~~~~~~~ 
Hieronder staat een praktijkvoorbeeld binnen Het Facilitair Management beschreven van activiteiten en metingen bij een grote Nederlandse semi-conductorontwikkelaar in het oosten van Nederland. Een week van te voren is bekend dat een hoog en vooraanstaand buitenlandse persoon de organisatie komt bezoeken. Dientengevolge krijgt het gehele terrein, gebouw en infrastructuur een opknap- en schoonmaakbeurt. Op de grote dag meet men "een zeer schoon en net (afgewerkt) pand en alles erom heen". Wanneer je hier de gedachte van de golfbeweging of een periodieke handeling, overheen zou leggen zou je kunnen concluderen dat elke week of elke maand een dergelijke aanpak geldt. Dat het dus altijd al zo gaat. Omdat vlak voor het moment van het hoog geplaatste bezoek “gemeten” wordt, meet jij ook inderdaad dat het terrein, het gebouw en toebehoren schoon en opgeknapt zijn, simpel omdat op het meetmoment voldaan moest worden aan de gevraagde criteria. Men richt de meetwaarde in naar het te verwachten resultaat van de meting. En ten derde:  deze momentane meting, geheel los van alles, geeft op dat moment voor een buitenstaander niet aan hoe de situatie vlak ervoor was.

Op basis van de hiervoor beschreven casussen denk ik dat de bedrijfsprocessen als periodieken verder uitgewerkt zouden kunnen worden als wiskundige modellen. Wellicht ligt hier een toekomstige uitdaging. Wie pakt deze op ? 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten